Overdenkingen

Hier verschijnt iedere maand de overdenking uit NieuwsBRON, het kerkblad van onze gemeente.

 

Overdenking

Mei 2011 - ds. A. v. d. Beld

Onderscheidingsvermogen

 

‘Ze trokken door Frygië en de landstreek Galatië, omdat ze door de heilige Geest werden verhinderd Gods woord in Asia te verkondigen…’                                                   Handelingen 16: 6

 

‘We stonden dan ook meer dan eens op het punt naar u toe te komen…, maar Satan heeft het ons belet…’

1 Thessalonicenzen 2: 18

 

Paulus was iemand die als een gedreven boodschapper rondging om mensen van Jezus Christus en Zijn Koninkrijk te vertellen. Maar hij deed dat allemaal niet op eigen houtje. Hij vroeg daarbij voortdurend om de wijsheid en de leiding van God. Lucas, zijn reisgenoot, vertelt daarvan in zijn boek Handelingen. En ook Paulus zelf noemt het in zijn brieven geregeld. De twee teksten boven deze meditatie zijn daar een voorbeeld van. Lucas vertelt in Handelingen 16 over hun reis door het huidige Turkije. Allerlei landstreken worden bezocht, maar op een of andere manier worden ze verhinderd in de provincie Asia de boodschap van het evangelie te verkondigen. Paulus legt dat uit als een verhindering die bij God zelf vandaan komt: de Heilige Geest laat het niet toe.

Maar in een andere situatie als hij zich voorneemt om naar Thessalonica in Griekenland te gaan, lukt dat ook niet. En dan schrijft hij aan de christelijke gemeente daar dat het de tegenstander van God is die dat bewerkte. Je vraagt je af: hoe wist Paulus dat? Hoe wist hij op het ene moment dat het de Geest was die aan het werk was en een ander moment dat er negatieve tegenkrachten aan het werk waren? Was het een stem die hij hoorde? Kreeg hij een visioen? Was het geloofsintuïtie? Waren het de omstandigheden die overduidelijk in een bepaalde richting wezen?

We weten genoeg van Paulus om daar een vermoeden van te hebben. Allereerst was hij zeer thuis in de Heilige Schrift. Van jongs af aan was hij gevormd door de heilige boeken van het volk Israël, de wet en de profeten, de woorden van God. Daarnaast waren hem, bij zijn bekering bij Damaskus, de handen opgelegd om vervuld te worden door de Heilige Geest (Handelingen 9:17). En zo was hij, in opdracht van de opgestane Heer, op pad gegaan. Hij werkte hard en reisde veel om maar zoveel mogelijk mensen van zijn Heer te vertellen. Maar hij kende daarbij ook een intens gebedsleven. En dat alles maakte hem gevoelig voor de weg van God in zijn leven.

 

Nu was Paulus een heel bijzondere persoon, apostel van Jezus Christus, persoonlijk door de opgestane Heer geroepen. En wij zijn maar ‘gewone’ gelovigen. Dan kun je toch niet verwachten dat wij ook dat soort ervaringen opdoen? Toch is het niet bijbels om zo’n tegenstelling te maken. Met Pinksteren vieren we dat de Heer Zijn Geest geeft aan de gemeente en niet alleen aan de leiders. Petrus benadrukt dat in zijn Pinksterpreek (Handelingen 2: 17,18). Hij kan wijzen op de ervaring van heel de groep leerlingen waarvan hij deel uitmaakt en die in zijn geheel vervuld werd van de Geest: niet alleen de apostelen overkwam dat, maar allen met wie ze samen waren. Als we dus vertrouwen op Jezus Christus en ons hart openstellen voor zijn Geest, wil die Geest ook ons leven inspireren en leiden. Naarmate we meer vertrouwd zijn met Zijn woorden, met de geest van Zijn Koninkrijk, zal ook ons onderscheidingsvermogen toenemen. Dan kan het gebeuren dat je in een bepaalde situatie weet: ik moet hier niet mee doorgaan. Blijkbaar is het niet de bedoeling van God dat dit gebeurt. En in een andere situatie, als je met tegenstand te maken hebt, voel je intuïtief aan: dit zijn negatieve tegenkrachten, ik moet het niet opgeven, maar doorgaan.

 

En zo mogen ook wij bidden om dat onderscheidingsvermogen: dat we weten wat belangrijk is en prioriteit heeft en wat niet; dat we aanvoelen in welke dingen we mee moeten gaan met de ontwikkelingen van onze tijd en wanneer we moeten zeggen: ‘Nee, dit kan niet.’ Ik ben er van overtuigd dat dat onderscheiden vaak gebeurt waar gelovigen samen overleggen, bidden, God prijzen en bezig zijn met Zijn Woord. Het is een bijzondere ervaring om dat ook in onze tijd te ervaren: onze God is een God die ons leidt door Zijn Geest. Daarvoor heeft Paulus zelf ook steeds weer opnieuw gebeden, voor anderen, maar ongetwijfeld ook voor zichzelf: ‘Dit bid ik, dat uw liefde steeds meer overvloedig moge zijn in helder inzicht en alle fijngevoeligheid, om te onderscheiden, waarop het aankomt…’ (Filippenzen 1: 9,10).

 

Ds. Arend van de Beld


 

Archief