Hier verschijnt iedere maand de overdenking uit NieuwsBRON, het kerkblad van onze gemeente.
April 2013 - ds. A. van de Beld
Vragen staat vrij
‘Ben jij soms ook een leerling van Hem?’
‘Simon, heb je Mij lief, meer dan de anderen..?’
We maken allemaal wel eens mee dat er ons vragen gesteld worden. Soms zijn dat ‘onschuldige’ informatieve vragen. Maar het kunnen ook indringende vragen zijn, persoonlijke vragen, vragen op de man af. We kunnen ons door zulke vragen overvallen voelen of beschaamd. Je kunt er een kleur van krijgen. Toch kunnen we op een later moment toch blij zijn dat zo’n vraag werd gesteld. Ze kunnen ons soms de ogen openen of tot andere gedachten brengen. Een goede vraag op het goede moment kan dan verrijkend zijn.
Het viel me dit jaar op dat in de verhalen over Jezus’ lijden en opstanding vragen ook een belangrijke rol speelden. M.n. Petrus zal het wel eens benauwd hebben gehad door de verschillende vragen die hem gesteld zijn. Hij had al zijn moed verzameld om, toen Jezus gearresteerd was, toch bij Hem in de buurt te blijven. Hij dacht dat ‘anoniem’ te kunnen doen.
Maar dat lukte niet. Hij werd herkend en toen hardop gevraagd werd of hij ook bij die Jezus van Nazareth hoorde, zal hij geschrokken zijn en een rode kleur hebben gekregen. Vanuit de dreiging die er op dat moment is, antwoordt hij dan ontkennend. Drie keer achter elkaar vindt dit plaats, en wij kennen dat als de ‘verloochening van Petrus’. Hij heeft er bittere tranen om gehuild. Ongetwijfeld vond hij later dat hij had moeten zeggen:’Ja, ik ben ook een leerling van Hem’.
Op een fijnzinnige manier herinnert Jezus Petrus na zijn opstanding aan deze verloochening.
Driemaal vraagt Hij naar zijn liefde voor Hem. Na het driemaal ‘nee’ krijgt hij nu gelegenheid om driemaal ‘ja’ te zeggen en zo weer een nieuwe start te maken. Het is een heel barmhartige manier om iemand de gelegenheid te geven iets wat fout is gegaan goed te maken. Jezus vermaant hem niet, verwijt hem niets, maar prikkelt hem door Zijn vragen tot een soort belijdenis. Voor Petrus zelf is dit natuurlijk best een moeilijk moment geweest. Hij werd herinnerd aan zijn verraad, en welk mens wordt daar graag aan herinnerd?Maar het was uiteindelijk ook heilzaam om dit te ondergaan.
In een van de diensten in de Stille Week hebben we een prachtig lied gezongen over dit thema: gezang 83. Het begint met ‘O Heer, blijf toch niet vragen..’ Dat geeft de moeite van Petrus weer met de vragen die Jezus stelt. Het wordt hem haast te veel. Hij weet echt wel dat hij fout is geweest.
Maar het lied eindigt met ‘O Heer, vraag altijd verder..’ Ook al is het moeilijk om zulke vragen te ondergaan, het is toch goed dat het gebeurt. En er staat in datzelfde 6e couplet bij waarom de Heer daarmee door moet gaan: ‘uw liefde triomfeert…huurlingen worden herder..’. Onze Heer bevraagt ons niet om ons te schande te zetten of om oude koeien uit de sloot te halen, maar bevraagt ons in liefde, wil ons helpen weer verder te kunnen.
In dit alles zit voor ons een blijvende les. Wij hebben vaak onze vragen richting God Als we het moeilijk hebben of als we met onbegrijpelijke ervaringen worden geconfronteerd dan vragen we:’Heer, hoe kan dit….waarom gebeurt dit…hoe kunt U het toelaten vanuit uw liefde en betrokkenheid op ons mensen?…’ Wij mogen zulke vragen ook stellen. Lees het boek van de Psalmen er maar eens op na. Zeer vrijmoedige gebeden komen we daar tegen. Ondanks die ‘brutale’ vragen die we er tegen komen, is dit boek opgenomen in de Heilige Schrift. Blijkbaar is er in Gods ogen alle ruimte voor. Hij zegt tegen zijn volk:’maak van je hart geen moordkuil..’.
Maar het is goed dat we ons ook open stellen voor Gods vragen aan ons. God spreekt tot ons mensen en wij mogen antwoorden. Dit wordt al duidelijk in de oergeschiedenis die beschreven staat in Genesis. Daar vraagt God aan de mens:’Adam waar ben je?..’ En aan Kaïn: ‘waar is je broer Abel..’ En zo gaat dat de geschiedenis door. Die vragen komen meestal niet rechtstreeks uit de hemel. Ze komen tot ons via de woorden van profeten en apostelen. Ze komen tot ons via een medemens die ons bevraagt. Niet dat het altijd makkelijk is. Een kompliment is altijd makkelijker te ondergaan dan een indringende vraag. Toch maakt het het leven met God waardevoller en spannender als we zo in het leven staan, zo bijbel lezen, zo kerkdiensten beleven: openstaand voor de vragen die ons gesteld worden en proberend daarop antwoord te geven. We mogen ver-antwoord-elijke wezens zijn.
Laten we tegen God zeggen: ‘Heer, makkelijk vind ik het niet altijd, maar ik wil me open stellen voor wat U in uw liefde aan mij vraagt. Help me om die vragen toe te laten en eerlijk te beantwoorden..’
Ds. Arend van de Beld